Jill is physician assistant (PA) in opleiding orthopedie in het Maastricht UMC+. Voorheen heeft ze gewerkt als fysiotherapeut. Zowel in haar werk als fysiotherapeut als in haar werk als PA in opleiding ziet ze dagelijks patiënten en hun naasten.
Zoveel mensen zijn mij bijgebleven door de jaren heen. Maar wat me altijd tot op het bot raakt, is verdriet. Als ik denk aan de momenten dat verdriet de boventoon voerde in de spreekkamer of aan het bed, krijg ik altijd kippenvel en prikken ook bij mij de tranen achter mijn ogen. Als een moeder gevallen is en ze te horen krijgt dat ze niet meer zelfstandig kan wonen, dat het tijd wordt voor een verzorgingstehuis. Of als na jaren proberen die wond dicht te krijgen, toch besloten moet worden voor een amputatie. Of als een 36-jarige moeder die, nog geen 4 maanden na de geboorte van haar 3e kindje, te horen krijgt dat ze terminaal is.
Zo ook toen ik met mijn supervisor op de SEH de kamer instapte bij een meneer die was gevallen en zijn heup gebroken had. Hij was bekend met dementie en viel regelmatig. Normaliter wordt bij een gebroken heup geopereerd. Maar vanwege zijn matige voedingstoestand en het risico op delier, waren er andere overwegingen in het spel: ‘Wat moet je nu doen? Wat is de beste keuze? Hoe bied je iemand nog kwaliteit van leven in deze situatie?’ Zijn dochter moest deze keuze voor hem maken, wetende dat elke keuze een risico met zich meenam. Haar lieve vader, de man die haar groot gebracht heeft. Zij bepaalde zijn toekomst, terwijl hij niet altijd meer wist wie zij was.
Opereren met de kans op een delier, een herstelperiode met beperkingen in bewegen in verband met kans op het uit de kom schieten en een wond die moet helen. ‘Hoe werkt dat bij iemand met dementie? Is dat wel veilig? Of niet opereren, hopen dat het nog enigszins vanzelf vastgroeit?’ Haar vader was niet iemand die zich in de stoel liet zetten en bleef zitten. Hij liep altijd. En als hij moe was ging hij naar bed. Of dat nou het bed van de buurman was, of de bank in de gezamenlijke ruimte. Want hij woonde al in een verzorgingstehuis.
Tranen rolden over haar wangen, haar lip trilde en ik voelde haar pijn. Telkens als ik in een kamer sta waar tranen van verdriet de vrije loop nemen, heb ik het moeilijk, wellen mijn tranen ook op en probeer ik ze weg te knipperen; even tanden bijten. ‘Maar waarom? Waarom mag ik als professional niet laten zien dat het verdriet van mijn patiënt en zijn naasten me niet raakt? Maakt dat me minder professioneel? Of minder intelligent? Vinden de mensen in die kamer me dan niet meer capabel om zorg te dragen voor hun geliefde?’ Ik vind van niet. Ik, als mens van vlees en bloed, heb ook gevoel. En ik denk dat het alleen maar mooi is om te laten zien dat ik meeleef, op mijn manier. Dat het me raakt dat zulke moeilijke beslissingen gemaakt worden, dat onmenselijke, ondraagbare dingen verteld moeten worden.
Als we terugkomen bij zijn dochter, heeft zij de keuze voor haar vader gemaakt: er wordt niet geopereerd, hij gaat vandaag nog terug naar zijn thuis. Waar hij hopelijk nog op de been komt, om bij de buurman in bed te stappen als hij moe is. Hij heeft nauwelijks pijn, hij oogt tevreden en lijkt allerminst bezorgt om het verdriet dat zich zojuist heeft laten zien. Hij glimlacht waardoor zijn dochter haar tranen kan wegvegen; een glimlach kan toveren, en haar vader een kus op zijn voorhoofd geeft. “Je gaat lekker terug naar huis pap”.
Ik trek de deur van de kamer dicht en pink een traantje weg in mijn ooghoek. Op naar de volgende patiënt.
Je kan Jill en haar weg naar PA volgen op haar Instagram!
Ook deelde Jill eerder haar verhaal, waar ze meer vertelde over haar studie en werk als PA in opleiding, die je hier kan lezen!