Linda is ambulanceverpleegkundige bij Ambulance Amsterdam. Ze krijgt dus vaak te maken met acute situaties. Hoe word je ambulanceverpleegkundige? Wat trekt haar zo aan de acute zorg? En hoe houdt ze haar hoofd dan koel?
Hoe word je ambulanceverpleegkundige?
Er zijn tegenwoordig meerdere wegen die naar Rome leiden. De bekendste route is eerst het behalen van je mbo of hbo verpleegkunde opleiding (4 jaar), daarna doe je wat werkervaring op en solliciteer je voor een specialisatie. Dat kan spoedeisende hulp (SEH), intensive care (IC) of cardio care unit (CCU/ hartbewaking) zijn. Deze opleidingen duren gemiddeld 12 tot 18 maanden. Na het behalen van je diploma doe je wederom werkervaring op, waarna je kunt solliciteren bij je RAV naar keuze voor de opleiding tot ambulance verpleegkundig. Die opleiding duurt tussen de 7 en 9 maanden (afhankelijk van het aantal uren dat je werkt). Al met al is dit een vrij lang traject waarbij je toch wel ruim 6 jaar aan het studeren bent. Maar deze weg geeft je ook een hoop bagage mee die je goed kunt gebruiken op straat.
Sinds 2010 bestaat ook de opleiding Bachelor Medisch Hulpverlener (BMH). Een 4-jarige hbo opleiding die je direct kunt volgen na de middelbare school. Tijdens je opleiding maak je de keuze voor anesthesie, spoedeisende hulp of ambulance. Na het behalen van je diploma moet je vaak nog een traineeship van gemiddeld een jaar doen in de praktijk.
Er zijn binnen Ambulance Amsterdam een aantal chauffeurs die nu de opleiding volgen, zodat ze een stoeltje op kunnen schuiven. Voor hen is dit een kortere weg dan de reguliere.
Er zijn verschillende soorten ambulances. Zo heb je de ‘advanced life support ambulance’ en de ‘laag/ middel complexe ambulance’. Wat is daarin het verschil?
Er zijn 2 soorten ambulances. De advanced life support (ALS) ambulance, die rijdt alle spoedritten. Daarvoor ben je minimaal basisverpleegkundige met een specialisatie (IC, SEH of CCU) en een opleiding tot ambulance verpleegkundige. En je hebt de laag/midden complex ambulance (LMCA), in andere regio’s ook de ‘medium care ambulance’ genoemd. En daar kun je op als algemeen verpleegkundige met een opleiding medium care ambulance verpleegkundige. Daarvoor is niet eerst nog een specialisatie nodig, maar die rijden ook geen spoedritten; enkel besteld vervoer. Ik werk zelf op de ALS.
Hoe zag jouw eigen weg naar ambulanceverpleegkundige eruit?
Na het behalen van mijn verpleegkunde opleiding heb ik met veel plezier 3 jaar op de afdeling chirurgie gewerkt in het Rode Kruis Ziekenhuis te Beverwijk. Na 3 jaar heb ik de overstap gemaakt naar het VUmc om daar de opleiding tot Medium Care verpleegkundige te volgen. Ik was op dat moment 22 jaar en wist nog niet goed of ik via de IC of de SEH naar de ambulance wilde, want werken op de ambulance is altijd al een doel geweest. De medium care was een mooie opstap en het werken daar maakte voor mij heel duidelijk dat ik echt in de acute zorg thuis hoor.
Na die 3 jaar heb ik gesolliciteerd voor de SEH opleiding in VUmc en deze ook met succes afgerond. Na 2 jaar ben ik naar Ambulance Amsterdam gegaan om die grote droom te verwezenlijken.
Je krijgt te maken met veel acute situaties. Wat trekt jou zo aan in de acute zorg?
Het direct moeten handelen; je moet altijd ‘on top of your game’ zijn zodra er een melding binnenkomt. En als een acute casus goed verloopt en je doet alles wat je moet doen, geeft dat een heel bevredigend gevoel. Op dat soort momenten kun je al je kennis in de praktijk brengen en echt iets betekenen voor de patiënt. Maar ook het samenwerken met je chauffeur, ander ambulance personeel, het mobiel medisch team (MMT), de politie en de brandweer maakt ons werk ontzettend dynamisch.
Naast de ambulance, heb je ook nog andere afdelingen waar je te maken krijgt met acute zorg, zoals de SEH en de IC. Waarom heb jij toch voor de ambulance gekozen?
Er is geen dag hetzelfde. Dat geldt zowel voor de SEH als op de ambulance. Maar het mooie van werken op de ambulance vind ik dat je altijd ergens anders in de stad terecht komt. Zo sta ik met mijn kisten op de met goud doorregen marmeren vloer op de Keizersgracht en een half uur later sta je 4 hoog achter in een zwaar vervuilde woning. Je stapt letterlijk mensen hun leven binnen op hun kwetsbaarste moment. Daarnaast vind ik het erg leuk om samen met de chauffeur en ketenpartners, zoals politie en brandweer samen te werken. Ik ben op straat verantwoordelijk voor de patiënt en ik maak de beslissing of ik iemand meeneem naar het ziekenhuis of dat iemand thuis kan blijven. Dat is een hele verantwoordelijkheid, maar daardoor blijf ik altijd geprikkeld en gemotiveerd om het beste uit mezelf te halen.
Als ambulanceverpleegkundige moet je je hoofd koel weten te houden bij acute situaties. Hoe doe je dat?
We zijn goed opgeleid en gaan regelmatig naar bijscholingen. We moeten zorgen dat de protocollen op ons ruggenmerg staan, zodat we in acute situaties, ondanks de adrenaline rush, terug kunnen vallen op onze kennis. En mijn werkbegeleider leerde mij tijdens de opleiding om vlak voor aankomst even een paar keer diep te ademen om je ademhaling naar beneden te brengen en rustiger de casus in te stappen. Dat helpt.
Hoe ziet een werkdag er voor jou uit?
Dat is dus precies wat er zo leuk is aan ons werk; er is geen dag hetzelfde!
Je begint iedere dienst met het controleren van de ambulance waar je die dienst op zit. Je controleert of alles aanwezig is en vult bij indien nodig.
Het kan een dienst zijn waarin we 8 ritten rijden en het kan een dienst zijn waar je maar 1 rit rijdt. Hoewel dat laatste in Amsterdam niet vaak voorkomt.
Ik werk zelf op post Zuid en binnen Ambulance Amsterdam hebben ze een aantal jaar geleden besloten om de specialty ritten te centreren op 1 post zodat iedereen bekwaam blijft.
Onze chauffeurs rijden de neonatale intensive care unit (NICU), pediatric intensive care unit (PICU) en mobiele intensive care unit (MICU) ritten. Dus alle IC patiënten die vanuit een academisch centrum naar een perifeer ziekenhuis moeten, worden door ons overgeplaatst. Maar ook andersom, want als er in Den Helder plotseling een prematuur kindje wordt geboren zal die worden opgehaald door onze chauffeur met het NICU team om onderweg de beste zorg te kunnen verlenen op weg naar het AMC.
Wij zijn zelf niet aanwezig op de auto tijdens deze ritten. Wij voeren wel de planbaar neonataal transport (PNT) ritten uit. Dit zijn ritten met vroeg geboren baby’s die nog monitoring nodig hebben of minimale respiratoire ondersteuning. Ik vind het leuk om af en toe zo’n rit te doen, want je brengt zo’n kleintje bijna altijd dichter bij de ouders.
Doordat de ArenA is ons gebied ligt, leveren wij ook ambulances en personeel tijdens grote evenementen, concerten en sportwedstrijden. Iedereen die daarvoor ingewerkt is, kan zich daar voor inschrijven. Je voert deze diensten uit bovenop je contract uren. Ik vind het een heel leuke afwisseling; zo stond ik laatst bij het concert van Ed Sheeran. Natuurlijk wordt er gewerkt maar hoe leuk is het om dat te doen met goede muziek op de achtergrond.
Je ziet vaak schrijnende situaties, denk bijvoorbeeld aan heftige verkeersongevallen of reanimaties. Dat lijk me heftig om te zien. Heb jij daar wel eens last van?
We maken veel mee en de ene casuïstiek doet meer met je dan de ander. Heftige kinder casuïstieken komen vaak wat meer binnen en dat komt denk ik ook omdat ik zelf moeder ben. En soms is het niet de heftigheid van de casus maar bijvoorbeeld de omstandigheden, zoals heftige emoties van aanwezige familie.
Tijdens het werk zelf heb ik er eigenlijk bijna nooit last van, omdat ik dan vooral druk ben met het uitvoeren van mijn werk. De emoties komen vaak daarna. Maar zolang ik mezelf in de spiegel aan kan kijken en kan zeggen dat ik alles heb gedaan wat ik kon doen, ben ik tevreden.
Gelukkig kunnen we er heel goed met elkaar over praten op het werk. Tevens wordt na iedere ‘heftige’ casus en/ of ervaring het bedrijfsopvang team (BOT) uitgezet. Wij worden dan even uit de dienst gehaald om met een speciaal opgeleide collega de casus na te bespreken en te evalueren. Zij onderhouden ook contact met ons de eerste periode erna om te vragen of we er nog last van hebben, slecht slapen enzovoort.
Wat is het heftigste wat je hebt gezien of meegemaakt op de ambulance?
Ik ben bij een casus geweest waarbij een auto te water is geraakt met 5 inzittenden. Uiteindelijk waren er 2 slachtoffers die beiden gereanimeerd moesten worden. Het waren jonge mensen, eind 20 en in de bloei van hun leven. Zo’n casus vergeet je niet snel meer.
Maar ook mijn eerste kinderreanimatie zal ik nooit vergeten. Het is iets waarvan je weet dat het ooit gaat komen in je carrière en ik keek daar ook best wel tegenop. Toen het gebeurde, was ik net terug van mijn zwangerschapsverlof. We waren als eerste ter plekke en het MMT moest aanvankelijk uit Rotterdam komen. Ik zat hoog in mijn adrenaline, maar het is een casus waar ik heel goed op terug kijk. De samenwerking met de 2e ambulance liep ontzettend goed en uiteindelijk hoorden we vlak voor aankomst dat het MMT uit Amsterdam toch beschikbaar was. We hebben gedaan wat we moesten doen, er heerste rust, de communicatie was duidelijk en we wisten wat we van elkaar konden en moesten verwachten.
Bij welke situaties ga je alleen met de ambulancechauffeur en wanneer gaat er ook een arts mee?
Ik werk altijd samen met mijn collega chauffeur. De meldkamer schat aan de hand van de melding in of 1 ambulance voldoende is of dat er 2 teams nodig zijn. Bij grote trauma’s, kinder-reanimaties, drenkelingen, schiet- of steekpartijen, patiënten met een probleem aan hun luchtweg en nog een aantal andere situaties gaat er primair een MMT team mee. Maar wij mogen ook altijd beslissen dat we het MMT nodig hebben en daar secundair om vragen. Nederland heeft 4 MMT teams waarvan Lifeliner 1 in Amsterdam gestationeerd zit. Zij hebben de beschikking over een helikopter en een auto. Het doel is dat er zo snel mogelijk een arts ter plaatse komt om het ambulance personeel te ondersteunen met taken die wij niet mogen/ kunnen uitvoeren.
En aan wat voor taken of handelingen moet je dan denken?
Je kan dan bijvoorbeeld denken aan een intubatie bij een patiënt die niet in reanimatie setting is. Die moet gesedeerd en verslapt worden en die medicatie heeft de arts aan boord. Net als zakken bloed en spullen om een spoedoperatie uit te voeren op straat. Denk dan aan een spoed sectio (keizersnede) of een thoracotomie (openen van de thorax om spoedherstel uit te voeren zodat iemand niet dood bloed).
Ze kunnen ook een thoraxdrain plaatsen bij een klaplong.
Je hebt inmiddels al meerdere (vervolg)opleidingen achter de rug: de opleiding verpleegkunde en de vervolgopleidingen SEH verpleegkundige en ambulanceverpleegkundige. Heb je nog ambities?
Het mooie aan werken als verpleegkundige is dat er altijd opties zijn om jezelf verder te ontwikkelen. Ik geniet ontzettend van mijn werk op de ambulance, maar wil mezelf ook altijd blijven prikkelen. Je bent nooit uitgeleerd.
Ik ben recent aangenomen als aandacht functionaris kindermishandeling huiselijk geweld (KMHG). Hier ga ik mij voorlopig op storten en in ontwikkelen. Maar ambities zijn er genoeg. Ik zou ooit de opleiding voor Officier van Dienst Geneeskundige zorg (OvDG) willen doen en de ultieme, maar ook meest moeilijk haalbare droom, is toch die van MMT verpleegkundige. Het is een elite baan, want hij komt niet vaak beschikbaar en er zijn heel veel collega’s die dit ambiëren. Mocht je dan door de sollicitatie ronde heen komen, zit er ook nog een ontzettend zwaar assessment aan vast aangezien je naast je rol als verpleegkundige ook de rol van co-piloot toegewezen krijgt. Maar ambities zijn er om na te jagen, dus wie weet ooit..!