Beroepen,  Interviews

Theodor is cosmetisch tandarts-implantoloog: “Ik heb altijd al interesse gehad in het combineren van esthetiek met functionaliteit”


Naast de reguliere tandheelkundige behandelingen houdt Theodor zich ook bezig met de esthetische tandheelkunde door het plaatsen van facings. Daarnaast is hij tandarts-implantoloog; hij plaatst implantaten. Dit maak een interessante werkcombinatie van reguliere, esthetische én functionele tandzorg.


Hoe zag jouw weg naar je huidige functie eruit?
Eerst heb ik zes jaar tandheelkunde gestudeerd aan het Radboud UMC in Nijmegen. Tijdens mijn master heb ik me in de laatste twee jaar verdiept in de implantologie. Dankzij mijn onderzoeksstage, die ging over de vervanging van een enkele tand in het esthetische gebied met behulp van implantaten, heb ik me kunnen verdiepen in zowel het esthetische als het biologische aspect van implantologie. Na mijn afstuderen heb ik diverse cursussen en opleidingen in binnen- en buitenland gevolgd om mezelf verder te bekwamen in de implantologie.

Ik heb altijd al interesse gehad in het combineren van esthetiek met functionaliteit

Iedereen kent natuurlijk de gewone tandarts, maar niet veel mensen weten dat een tandarts zich ook in verschillende specialismen kan verdiepen. Denk hierbij aan orthodontie, of zoals jij aan de esthetische kant. Waarom heb je voor dit specialisme gekozen?
Ik heb altijd al interesse gehad in het combineren van esthetiek met functionaliteit. Cosmetische tandheelkunde concentreert zich op het verfraaien van het gebit. Het biedt de mogelijkheid om mensen niet alleen te helpen hun glimlach te verbeteren, maar ook hun zelfvertrouwen een boost te geven. Je gebit kun je niet zomaar verstoppen, het is altijd zichtbaar. Je kunt je dus voorstellen wat het met je doet wanneer je onzeker bent over je gebit.

Hoewel het complexer is om het juiste resultaat te behalen wanneer je minder weefsel wegneemt, maakt dat het voor mij juist zo boeiend

Wat voor esthetische behandelingen voer je zoal uit?
Naast de reguliere tandheelkundige behandelingen bied ik minimaal invasieve facings aan. Hierbij slijp ik nooit meer dan 0,3 milimeter van de tand af, waardoor we altijd in het glazuur werken. Het voordeel van deze techniek is dat de facings veel langer meegaan, omdat de hechting aan het glazuur superieur is ten opzichte van wanneer je meer van de tand afneemt en in het dentine werkt. Hoewel het complexer is om het juiste resultaat te behalen wanneer je minder weefsel wegneemt, maakt dat het voor mij juist zo boeiend: minimaal invasief, maar maximaal effectief.

De esthetische tandheelkunde kent veel vooroordelen en misvattingen. Een bekende daarvan is dat gezonde tanden worden afgeslepen voor facings. Hoe kijk jij hiernaar?
Je zou dezelfde discussie kunnen voeren over plastische chirurgie: is het ethisch verantwoord om in een gezond lichaam te snijden? Ik ben van mening dat wanneer wij als tandartsen minimaal invasief werken, het verantwoord is om iemand te helpen zijn lach terug te geven. De risico’s zijn dan goed te overzien. Zoals in de plastische chirurgie is er geen kant-en-klaar antwoord voor iedereen. We kijken per persoon of de wensen realistisch en haalbaar zijn. Soms moeten mensen eerst een verkort beugeltraject doorlopen om de tanden iets rechter te zetten, zodat we minder hoeven te slijpen.

Veel mensen denken onterecht dat je een ‘nepglimlach’ krijgt met overdreven witte facings, maar dat is absoluut niet het geval. De facings die ik plaats zijn zorgvuldig ontworpen en zullen er altijd natuurlijk uitzien. Als je speelt met lichtdoorlaatbaarheid, oppervlaktestructuur en de juiste materialen, kun je zelfs relatief witte tanden heel natuurlijk laten overkomen. Het gaat niet per se om perfecte symmetrie, maar juist eerder om harmonie. Als je gebit harmonieus is met je voorkomen en gezicht, en daardoor niet het eerste is wat opvalt, weet je dat je lach geslaagd is en bij je past. Dit is geen exacte wetenschap; je kunt het niet kwantificeren. Het is een gevoelskwestie — en als je niet de tijd neemt, zul je het missen.

Ongeveer 95% van mijn werk bestaat uit revisiebehandelingen

Veel mensen kiezen voor cosmetische tandheelkundige zorg in het buitenland vanwege de kosten. Wat zijn de verschillen tussen jouw zorg en die in het buitenland?
Vaak draait het inderdaad om de kosten. Porseleinen facings zijn een flinke investering, en klinieken in het buitenland spelen daarop in door deze behandelingen veel goedkoper aan te bieden. Echter, zoals altijd geldt: goedkoop is vaak duurkoop. Ongeveer 95% van mijn werk bestaat uit revisiebehandelingen van mensen die elders een behandeling hebben ondergaan en daar niet tevreden mee zijn. Het werk opnieuw doen is altijd duurder dan het in een keer goed doen. Vaak wordt er te veel tandweefsel geslepen en worden goedkopere materialen gebruikt. Wanneer er problemen ontstaan, kunnen patiënten vaak niet makkelijk terug naar de kliniek in het buitenland. Hierdoor blijven problemen vaak onbehandeld en worden ze alleen maar erger. We kennen allemaal het voorbeeld van Donny Roelvink, die spijt had van zijn keuze om zijn gebit in het buitenland te laten behandelen.
Veel mensen kiezen ook voor het buitenland omdat ze daar esthetische behandelingen kunnen krijgen die hun eigen tandarts misschien niet zou doen, omdat die enkel vanuit een medisch oogpunt kijkt. In deze tijd van maakbaarheid en idealen van schoonheid kunnen we esthetische tandheelkunde niet zomaar negeren. Er is een middenweg tussen het onnodig wegslijpen van tanden en helemaal niets doen: minimaal invasieve tandheelkunde.

De boost in zelfvertrouwen die zij krijgen is zichtbaar, zowel in hun glimlach als in hun dagelijkse leven

Naast het esthetische aspect lijkt het me dat esthetische tandheelkunde ook kan zorgen voor een betere gebitsverzorging en daardoor een gezonder gebit. Klopt dat?
Ja, dat klopt zeker. Wanneer mensen veel gebitselementen verloren hebben, kunnen ze soms niet goed meer kauwen. Dankzij tandheelkundige bruggen of implantaten kunnen we hun oorspronkelijke kauwfunctie teruggeven. Zodra je iemands gebit hebt hersteld en alles weer in balans is, zie je vaak dat deze mensen veel beter voor hun gebit gaan zorgen. Ze letten meer op hun mondhygiëne en ook op hun voeding. De boost in zelfvertrouwen die zij krijgen is zichtbaar, zowel in hun glimlach als in hun dagelijkse leven.

Daarnaast ben je ook tandarts-implantoloog, wat betekent dat je implantaten plaatst. Wat is een implantaat precies?
Een tandheelkundig implantaat is een kunstmatige schroef, meestal van titanium, die in het kaakbot wordt geplaatst. Hierop kan een nieuwe tand, kies of voortand worden bevestigd. In sommige gevallen gebruiken we implantaten om een kunstgebit vast te klikken. Hierdoor ervaren mensen die met een kunstgebit leven meer comfort, omdat het stevig vastzit.

Een implantaat is nodig wanneer één of meer tanden verloren zijn

Wanneer heeft iemand een implantaat nodig en wanneer komt iemand hiervoor in aanmerking?
Een implantaat is nodig wanneer één of meer tanden verloren zijn en deze niet meer kunnen worden hersteld met een vulling, kroon of wortelkanaalbehandeling. Dan wordt de betreffende tand verwijderd, en kan er een implantaat worden geplaatst.

Hoe gaat het maken en plaatsen van een tandimplantaat in zijn werk?
Het implantaat wordt door een tandarts-implantoloog geplaatst onder lokale verdoving. De procedure zelf duurt meestal tussen een halfuur en twee uur, afhankelijk van het aantal implantaten. Nadat het implantaat is geplaatst, moet het kaakbot eromheen genezen. Dit kan een periode van drie tot zes maanden duren. In sommige gevallen kan het implantaat zelfs direct worden belast.

Na het plaatsen van het implantaat moet dit genezen. Hierna volgt een behandeling waarbij er iets op het implantaat wordt geplaatst. Hoe werkt dit?
Na de genezing wordt het implantaat geopend en kan er een kroon, brug of prothese op worden geplaatst. Welke optie wordt gekozen, hangt af van de situatie van de patiënt. Dit wordt in overleg met de patiënt bepaald, afhankelijk van diens behoeften en wensen.

Preventie en persoonlijke begeleiding zijn voor mij de sleutel tot een duurzaam resultaat

Aan elke behandeling zitten risico’s. Wat zijn de risico’s bij de behandelingen die jij uitvoert?
Elke tandheelkundige behandeling, hoe zorgvuldig ook uitgevoerd, kent risico’s.

Bij het plaatsen van facings is een belangrijk risico dat er, als je niet minimaal invasief werkt, onnodig veel tandweefsel wordt weggenomen. Dit maakt tanden gevoeliger en vermindert de levensduur van de tand. Ook kunnen facings, als ze niet goed ontworpen of geplaatst zijn, loslaten of niet goed aansluiten, waardoor tandbederf kan ontstaan, dit kan weer lijden tot wortelkanaal behandelingen en eventueel verlies van gebitselementen. 

Bij implantaten zijn er ook risico’s, zoals een ontsteking van het tandvlees rondom het implantaat (peri-implantitis), onvoldoende botintegratie of het afstoten van het implantaat. Om deze risico’s te minimaliseren, starten we altijd met een grondige intake en analyse. Als het botvolume of de mondgezondheid onvoldoende is, behandelen we dat eerst. Ook is een goede mondhygiëne essentieel na plaatsing — zowel voor facings als implantaten.

Mocht er toch een complicatie optreden, dan is het belangrijk om er snel bij te zijn. Ik bespreek met elke patiënt vooraf de risico’s en geef duidelijke instructies over nazorg. Bovendien plannen we altijd controleafspraken in om te monitoren of alles goed geneest en functioneert. Preventie en persoonlijke begeleiding zijn voor mij de sleutel tot een duurzaam resultaat.

Technologie maakt behandelingen nauwkeuriger, voorspelbaarder én patiëntvriendelijker

De wetenschap gaat tegenwoordig hard vooruit, ook in de tandheelkunde. Hoe zie jij dit voor je?
De ontwikkelingen in de tandheelkunde gaan inderdaad razendsnel, en dat is alleen maar positief. Technologie maakt behandelingen nauwkeuriger, voorspelbaarder én patiëntvriendelijker. Denk aan digitale scans in plaats van happen, 3D-planning van implantaten, en zelfs AI-ondersteuning bij diagnostiek. Wat ik vooral interessant vind, is dat deze vooruitgang ons in staat stelt om steeds tandbesparender te werken — en dat is waar mijn hart ligt. 

Ook bij implantologie zie je deze verschuiving: minder botopbouw door slimmere implantaatvormen, snellere genezing en betere integratie. Dankzij de slimme implantaatvormen en oppervlaktes worden er ook steeds kortere implantaten geplaatst wat net zo succesvol of zelfs meer succesvol zijn dan de vorige generatie implantaten.

Tegelijkertijd hoop ik dat we in de toekomst steeds vaker implantaten kunnen voorkomen, juist doordat tandbesparende behandelingen beter worden. Denk aan verbeterde wortelkanaaltechnieken, sterkere composieten of regeneratieve therapieën waarmee we tandweefsel kunnen herstellen in plaats van vervangen. Ik geloof dat de toekomst in het teken zal staan van behoud, preventie en maatwerk — met technologie als ondersteunend hulpmiddel, maar niet als doel op zich.

Dat geldt misschien nog wel sterker binnen de esthetische tandheelkunde. Juist op dat vlak is technologie een hulpmiddel, maar nooit leidend. 

Want hoe geavanceerd je apparatuur ook is, het blijft mensenwerk om de juiste keuzes te maken en het esthetische gevoel te behouden. Als je naar de mond kijkt, kijk je niet alleen naar tanden, maar naar het totaalplaatje: het gezicht, de mimiek, de persoonlijkheid van iemand. Technologie kan veel ondersteunen, maar het is uiteindelijk de tandarts die aanvoelt wat wel of niet past bij een persoon. Kijk maar naar de werken van Leonardo da Vinci of Michelangelo. Zij hadden slechts eenvoudige gereedschappen, maar maakten daarmee de meest indrukwekkende kunstwerken. Niet dankzij technologie, maar dankzij hun vakmanschap, gevoel voor proportie en oog voor schoonheid.

Je kunt over de beste apparatuur beschikken, maar zonder handigheid, ervaring en esthetisch inzicht kom je er niet. Technologie is een hulpmiddel, geen vervanging van het ambacht. Uiteindelijk is het de hand van de maker die het verschil maakt.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *