Chiara begon vol goede moed met haar coschap, totdat ze zich na een aantal weken erg vermoeid voelde. Toen zij die nacht wakker werd met koorts en koude rillingen voelde ze dat er iets niet goed was. De klachten namen alsmaar toe, totdat ze zelfs haar bewustzijn verloor en met spoed naar de huisartsenpost werd gebracht. Het bleek te gaan om een hersenvliesontsteking (meningitis), een zeer gevaarlijke infectie. Hierop volgde als complicatie ook nog een pericarditis (ontsteking van het hartzakje), iets wat vaker voorkomt bij meningokokken meningitis.
Van geneeskundestudent naar patiënt
Begin augustus 2024 startte ik met gezonde spanning – maar vooral met veel enthousiasme – aan het allereerste klinische coschap bij de algemene interne geneeskunde. Drie leerzame weken waren voorbijgevlogen en ik voelde mij steeds meer als een vis in het water. Inmiddels was ik ook volop bezig met de voorbereidingen voor het volgende coschap: heelkunde, dat ik in het Horacio Oduber Hospital in Aruba zou gaan lopen in oktober 2024.
In de nacht van donderdag op vrijdag werd ik rond 03:00 uur wakker met koorts en koude rillingen
Vermoeidheid en verschillende klachten
Op donderdag 5 september verliet ik met een voldaan, maar zeer vermoeid gevoel het coschap, op weg naar huis. Eenmaal thuis aangekomen besloot ik direct te gaan slapen, in de veronderstelling dat ik de volgende ochtend dan weer fris en fruitig zou zijn, klaar voor de eerste tussentijdse beoordeling. Als gezonde en sportieve 25-jarige verweet ik de vermoeidheid aan het wennen aan de coschappen en alle nieuwe opgedane indrukken.
In de nacht van donderdag op vrijdag werd ik rond 03:00 uur wakker met koorts en koude rillingen. Ondertussen bekroop mij een niet-pluis gevoel, zeker nadat er tijdens een onderwijsmoment eerder die week nog eens extra benadrukt werd dat koorts met koude rillingen, een infectie op basis van een bacterie waarschijnlijker maakt dan een virus.
Na kort twijfelen besloot ik toch om mijn moeder wakker te maken, spraken wij af dat ik paracetamol in zou nemen en ’s ochtends meteen de huisarts zou bellen om te overleggen. In de daaropvolgende uren kreeg ik last van hoofdpijn, misselijkheid en onhoudbaar braken. Stipt 08:00 uur belde ik zelf de huisartsenpraktijk op en vertelde het bovenstaande. De doktersassistente gaf aan dat het waarschijnlijk het coronavirus was en dat ik het moest uitzieken. Zelf gaf ik aan dat ik het coronavirus niet zo waarschijnlijk vond, waarop ik het advies kreeg om maandag bloed te prikken om de CRP-waarde (ontstekingswaarde) te laten bepalen. Ik voelde mij niet gehoord en gaf bij mijn ouders aan dat we het alleen vandaag nog gingen aankijken.
Ik reageerde niet op aanspreken noch op een pijnprikkel onder mijn voetzool
Bewusteloos naar de huisartsenpost
Terwijl de dag vorderde begon ik steeds meer te transpireren en werd ik motorisch onrustiger. Rond 19:00 uur ging ik naar bed toe om te proberen te slapen en gaf ik bij mijn ouders aan dat zij de huisartsenpost (HAP) of 112 moesten bellen als mijn situatie zou verslechteren, niet wetende dat dit mijn laatste moment bij bewustzijn zou zijn. Mijn moeder kwam mij regelmatig controleren, zo ook rond 23:00 uur. Zij trof mij toen half over de grond liggend en rollend met mijn ogen naar achteren aan.
Ik reageerde niet op aanspreken noch op een pijnprikkel onder mijn voetzool. Hierop besloot mijn moeder de HAP te bellen. De triagist wilde eerst via videobellen verifiëren of ik daadwerkelijk bewusteloos was. Vervolgens werd mijn ouders gevraagd om met mij naar de HAP toe te komen, dus tilden zij mij de auto in en reden we daarnaartoe. Eenmaal daar aangekomen werd ik onderzocht door de dienstdoende huisarts en werd er overlegd met de internist, waarna ik opgenomen werd op de Spoedeisende hulp.
Ik bleek een hersenvliesontsteking te hebben
Spoedeisende hulp
Aldaar was er een arts die de werkdiagnose meningitis stelde tot het tegendeel bewezen was. Al snel volgden er allerlei onderzoeken, waaronder een CT-scan van de hersenen en een lumbaalpunctie (ruggenprik) die mislukte doordat ik motorisch te onrustig was. Er volgde een tweede lumbaalpunctie onder Propofol, waarvan de PCR-test op het hersenvocht positief was voor de bacterie Neisseria Meningitidis serogroep B. Ik bleek een hersenvliesontsteking te hebben. Rondom de punctie werd mijn ademhaling instabiel, waarop besloten werd om mij veilig te stellen op de Intensive Care (IC).
Intensive Care
Op zondag 8 september werd ik rond 08:30 wakker omringd door mijn ouders op de IC. Ik merkte op dat mijn polsen gefixeerd waren en zag diverse lijnen lopen. De IC-verpleegkundige testte mijn oriëntatie en vroeg mij of ik kon vertellen waar ik was, waarop ik de naam van het ziekenhuis waar ik mijn coschap liep opnoemde.
Verpleegafdeling neurologie
In de loop van de ochtend ging het gelukkig steeds beter en werd ik overgeplaatst naar de verpleegafdeling neurologie. De neuroloog kwam bij mij langs en legde uit dat ik vocht, een 14-daagse antibioticakuur (Ceftriaxon) en vier dagen corticosteroïden (Dexamethason) via het infuus kreeg. De daaropvolgende dagen ging ik klinisch met sprongen vooruit en had ik met name nog last van houdingsafhankelijke hoofdpijn en een iets veranderd gehoor (blikkerig geluid). Gelukkig liet een controle consult bij de KNO-arts geen grove afwijkingen zien en werd er geen KNO-focus gevonden als bron voor de meningitis.
Er was een verdenking op een longembolie
Benauwdheid en pijn op de borst
In de nacht van 13 op 14 september, had ik plotseling het gevoel dat ik benauwder werd en alsof er een olifant op mijn borst stond. Er was een verdenking op een longembolie, waarop besloten werd om onder andere een D-dimeer te bepalen en een CT-thorax met contrastvloeistof te maken, welke een longembolie gelukkig uitsloten.
Het idee heerste dat er mogelijk sprake zou zijn van refluxklachten, dus werd er op proef begonnen met een maagbeschermer en maagzuurbindend geneesmiddel (Antagel), maar zonder succes.
Samen met een aantal bevriende zorgprofessionals sparde ik over de mogelijke diagnose
Pericarditis
Opvallend was dat de pijn op de borst houdingsafhankelijk was en verminderde bij vooroverbuigen: een typisch kenmerk van een pericarditis (ontsteking van het hartzakje), zoals ik geleerd had tijdens de bachelor.
Ondertussen stegen zowel mijn CRP en leukocyten (witte bloedcellen) opnieuw en verergerde de pijn ondanks het gebruik van kort- en langwerkende Oxycodon. Ter controle werden er een aantal ECG’s (hartfilmpjes) gemaakt die geen afwijkingen lieten zien. Samen met een aantal bevriende zorgprofessionals sparde ik over de mogelijke diagnose. Een van hen wees mij op een aantal wetenschappelijke artikelen waarin het verband tussen een meningokokken meningitis en reactieve pericarditis beschreven werd.
Op 16 september werd de internist in consult gevraagd en ontstond op basis van anamnese, lichamelijk onderzoek, gevonden wetenschappelijke artikelen en een ‘point-of-care ultrasound’ (POCUS) – welke een schilletje pericardvocht liet zien – sterk het vermoeden dat de pijn op de borst goed zou kunnen passen bij een (reactieve) pericarditis. Hierop werd de cardioloog in consult gevraagd. De cardioloog vond de diagnose pericarditis, echter op dat moment onwaarschijnlijk en wilde in de komende dagen een transthoracale echo (TTE) van het hart laten maken. Binnen een kwartier na deze mededeling, kreeg ik van de verpleegkundige alsnog het geneesmiddel Colchicine dat offlabel wordt voorgeschreven bij een pericarditis.
Na een aantal dagen verminderde de klachten van de pericarditis en had ik goede hoop op dat ik binnenkort met ontslag zou mogen. Helaas steeg op 19 september mijn CRP verder onder de antibioticakuur, ging ik klinisch snel achteruit en ontwikkelde ik dezelfde symptomen als aan het begin van de hersenvliesontsteking. Een MRI-scan met contrastvloeistof van de hersenen sloot gelukkig een zeldzame complicatie: micro-hersenabcessen, uit. Waarschijnlijk betrof het een opvlamming van de ontsteking als reactie dagen na het stoppen van de corticosteroïden.
De dagen erna verbeterde ik klinisch en ontstond opnieuw de hoop dat ik naar huis zou mogen, toch zat het opnieuw tegen. De nacht van 23 op 24 september had ik opnieuw toename van pijn op de borst en liet een controle TTE toename van het pericardvocht zien. Hierop werd gestart met Prednison en vond er overplaatsing van de neurologie naar de cardiologie plaats. Hier verbleef ik nog enkele dagen tot de klachten van de pericarditis voldoende onder controle waren. Op vrijdag 27 september mocht ik na in totaal drie weken ziekenhuisopname eindelijk naar huis.
Het is mij nog duidelijker geworden hoe kwetsbaar een patiënt is
Andere kant van het ziekenhuisbed
Deze ervaring aan de andere kant van het ziekenhuisbed heeft mij onwijs veel geleerd en ik ben ervan overtuigd dat het mij een nog betere arts zal maken. Van de hele dag in onzekerheid verkeren en met smart op de arts wachten – die eigenlijk ’s ochtends visite zou lopen – tot aan het sneuvelen van een infuus midden in de nacht. Het is mij nog duidelijker geworden hoe kwetsbaar een patiënt is en wat het belang van goede communicatie en interdisciplinaire samenwerking is. Tenslotte, ben ik ontzettend dankbaar voor iedereen die mij gesteund heeft in deze turbulente periode en wil ik alle hulpverleners bedanken die een waardevolle bijdrage hebben geleverd aan mijn herstel.
Bij een hersen(vlies)ontsteking is het belangrijk dat dit tijdig wordt herkent, om zo adequaat te kunnen (be)handelen ter voorkoming van blijvende restverschijnselen of overlijden. Helaas wordt het nog te vaak niet of te laat herkend. Hieronder zie je een overzicht van Stichting ItsME, opgericht door Jur Deitmers die zelf een hersenontsteking kreeg en zich inzet voor meer bewustwording.
