Beroepen,  Interviews

Sharissa is verloskundearts in opleiding: “Zwangerschap, geboorte en kraamtijd zijn heel kwetsbare perioden waarin je als zorgverlener grote impact hebt op hoe iemand deze ervaart”


Eind 2016 startte Sharissa als basisarts (ANIOS), met al jaren hetzelfde doel voor ogen: gynaecoloog worden. Ze deed klinische ervaring op en deed promotieonderzoek, om haar cv uit te breiden. Toch kwam ze erachter dat gynaecoloog worden niet haar passie was. Ze wilde bevallingen blijven begeleiden, en koos voor een ander beroep: verloskundearts!


Momenteel ben je werkzaam als arts op de afdeling verloskunde. Hier worden vrouwen begeleid tijdens de bevalling. Wat trekt jou zo aan de geboortezorg?
Meerdere dingen! De patiëntenpopulatie is heel leuk. Ze zijn relatief jong, vaak goed geïnformeerd en zijn het meestal gewend om gezond te zijn. Het ziekenhuis is voor sommigen dus best een spannende ervaring. Ik vind het een uitdaging om daarin veiligheid te bieden en naast fysieke zorg ook het mentale stukje te ‘behandelen’.

Zwangerschap, geboorte en kraamtijd zijn heel kwetsbare perioden waarin je als zorgverlener grote impact hebt op hoe iemand deze ervaart. Zeker gezien het hoge percentage vrouwen dat in deze periode een negatieve ervaring heeft (1 op de 5!), die grote invloed kan hebben, vind ik het heel belangrijk mijn steentje bij te dragen aan veiligheid in deze kwetsbare periode.

Daarnaast ben je op de verloskunde als dokter niet alleen bezig met ziekte en soms overlijden, maar júist ook met nieuw leven! Dit werk heeft hoge pieken en diepe dalen, soms direct achter elkaar. Dat schakelen houdt me scherp. Aanwezig zijn en de juiste ondersteuning bieden bij intens vreugdevolle én intens verdrietige gebeurtenissen. 

Hoe ziet een dag als arts op de verloskamers eruit?
In de ochtend starten er meestal meerdere inleidingen. Na de overdracht verdelen we de patiënten waarbij we rekening houden met of iemand een patiënte al kent; een vast gezicht is prettig. Daarna ga ik meestal de verloskamers op om me voor te stellen. Vrouwen zitten dan nog niet vol in de weeën en dan is het makkelijker om elkaar te leren kennen.

Samen nemen we het geboorteplan door waarbij ik goed doorvraag naar wensen en waar deze vandaan komen. Zo nodig geef ik daarbij ook nog informatie zodat ouders de voor- en nadelen goed kunnen afwegen en geïnformeerde keuzes kunnen maken die goed bij hen passen.

Zo werkt het eigenlijk met alles in de medische wereld; er is altijd een keuze, maar deze kun je alleen autonoom maken als je weet wat de voordelen én nadelen zijn van zowel wél iets doen als níet iets doen. Deze dingen bespreek ik graag voordat er weeën zijn, omdat het dan moeilijker wordt voor de barende om er over na te denken. Als iemand al wel flink in de weeën zit, bespreek ik vlot tussen de weeën door dat ik het plan gelezen heb en dat we zoveel en zo open mogelijk zullen communiceren.

Op de verloskunde werken veel verschillende disciplines samen, denk bijvoorbeeld aan verloskundigen, verpleegkundigen, (verloskunde)artsen en gynaecologen. Hoe ziet de taakverdeling binnen deze disciplines eruit?
We hebben allemaal eigen taken die we goed van elkaar weten. Echt een team waarin iedereen van belang is, van de gynaecoloog tot het personeel van de keuken en schoonmaak. Op verloskamers zie je meestal qua dokters; verloskundeartsen, AIOS, ANIOS en natuurlijk de dokters in spe; de co-assistenten.
Daarnaast zijn er verloskundigen, obstetrie-verpleegkundigen en kraamverzorgsters. De gynaecoloog komt er meestal alleen bij wanneer dat nodig is, bijvoorbeeld bij een tweeling of een stuitgeboorte.
In het ziekenhuis waar ik werk, werken geen verloskundigen bij medische bevallingen, maar in veel andere ziekenhuizen is dat wel het geval. Dat zijn klinisch verloskundigen. 

Op de verloskamers werken gespecialiseerde verpleegkundigen die getraind zijn in obstetrische zorg en noodsituaties. Je begeleidt een bevalling écht samen. Als er medicatie nodig is, zorgt de verpleegkundige er bijvoorbeeld voor dat het juiste medicijn wordt klaargemaakt in de juiste dosering, dient het toe en tekent het af. En als ik iets zou vergeten, zijn zij de eerste die me daaraan herinneren. Zeker als jonge dokter is een ervaren verpleegkundige aan je zijde heel fijn.

De dokter die de bevalling begeleid is dus een verloskundearts, AIOS (gynaecologie of verloskunde arts in opleiding) of ANIOS en werkt onder supervisie van een gynaecoloog. Degene die de bevalling begeleid is verantwoordelijk voor het medisch beleid en dus ook het vragen van supervisie aan de verloskundearts of gynaecoloog. Medische handelingen zoals een knip overleggen en zetten, gebeurt door degene die de bevalling begeleidt.

Waar ik wel veel voldoening uit haal, is het feit dat je er op zo’n moment voor iemand mag zijn

Gelukkig gaan de meeste bevallingen goed, maar sommige bevallingen gaan helaas niet goed. Dit contrast, en de omschakeling, lijkt me heel zwaar. Hoe ga je hiermee om?
Dat is soms ook heel zwaar. Ik neem sommige verhalen absoluut mee naar huis. Gelukkig heb ik meerdere vriendinnen in het werkveld die aan een half woord genoeg hebben, en ook op onze afdeling zijn de onderlinge banden sterk en kunnen we goed met elkaar praten. Waar ik wel veel voldoening uit haal, is het feit dat je er op zo’n moment voor iemand mag zijn. Dat je zo’n intens verdrietige ervaring een heel klein beetje draaglijker mag proberen te maken.

Welke bevallingen zijn je het meest bijgebleven?
De sterrenkindjes en hun ouders blijven me altijd bij.

Verder heb ik in 2017 een bevalling mogen begeleiden waarbij een stel na jaren proberen hun eerste kind kreeg. Toen mama de baby aanpakte, riep ze: “Ik heb zó lang op jou gewacht!” Echt, kippenvel. 

Een andere bevalling is meer recent. Een mevrouw met een traumatische bevalling in het verleden, die eindigde in een keizersnede. Deze bevalling leek dezelfde kant op te gaan qua wat er gebeurde, maar is toch vaginaal gelukt en de baby deed het goed. Zo goed zelfs dat partner de baby aan mevrouw kon aangeven. Toen hield ook ik het niet droog.

Zelf een actieve kinderwens, zwangerschap en bevalling doormaken heeft echt een diepere laag aan mijn werk toegevoegd voor mij

Zelf ben je ook moeder van een zoontje (2jr). Heeft de kennis en ervaring die je destijds al had, positief en/ of negatief, effect gehad op je kinderwens, zwangerschap en bevalling?
Absoluut. Ik vond het moeilijk om los te laten en vertrouwen te hebben. In het ziekenhuis zie je toch best wat narigheid. Ik heb vaak met de echo gekeken en toen ik het idee had dat mijn baby te groot was wilde ik per se dat hier onderzoek naar gedaan werd. Zelf een actieve kinderwens, zwangerschap en bevalling doormaken heeft echt een diepere laag aan mijn werk toegevoegd voor mij. Ik denk dat er qua hoe ik dokter ben niet zoveel is veranderd, maar hoe ik het ervaar, is intenser geworden.

Hoe combineer je het moederschap met een baan als arts?
Soms is dat heel lastig. Je hebt zoveel rollen! Moeder, partner, dochter, vriendin, dokter en ook nog steeds onderzoeker, want ik ben nog bezig mijn promotieonderzoek. Ik heb regelmatig het idee dat ik tekort schiet op alle vlakken. Gelukkig heb ik een partner die dat goed begrijpt, al is het soms met diensten wel lastig. Het combineren lijkt, ondanks mijn gevoel, wel te lukken. Het is heel hard werken, goed plannen en zo vaak mogelijk vooruit koken..

Momenteel ben je bezig met een onderzoek naar factoren die kunnen verschillen per vrouw, zoals de mentale gezondheid, leeftijd en de buurt waarin ze wonen, maar ook juist veerkracht, en of dit invloed heeft op (de groei van) het embryo. Kan je wat meer over dit onderzoek vertellen?
Bij het Erasmus MC doe ik onderzoek naar preconceptiezorg; zorg voorafgaand aan de zwangerschap met als doel het voorkómen van ongunstige zwangerschapsuitkomsten zoals vroeggeboorte, laag geboortegewicht en sterfte.

Deze uitkomsten komen het vaakst voor bij kwetsbare vrouwen. Wat een kwetsbare vrouw is, is moeilijk te definiëren. Als je puur kijkt naar de zwangerschapsuitkomsten, zijn dat vrouwen in achterstandswijken, met een lage opleiding, laag inkomen of sociale problematiek. Het kromme is dat juist déze vrouwen vaak heel krachtig moeten zijn om hun omstandigheden het hoofd te bieden. Kwetsbaar is dus een relatieve term. Bovendien kun je een heel hoog inkomen hebben en ook een ongezonde leefstijl of hoge psychische belasting. Ook dat maakt kwetsbaar. 

Binnen mijn promotieonderzoek heb ik gezocht naar manieren om vrouwen een steuntje in de rug te bieden bij het voorbereiden op hun zwangerschap en hen te overtuigen een kinderwensspreekuur te bezoeken bij een verloskundige bij hen in de buurt. Dit spreekuur is erop gericht toekomstige ouders zo goed voorbereid mogelijk aan een zwangerschap te laten beginnen waardoor de kans op ongunstige uitkomsten kleiner wordt. Binnen dit onderzoek zit een heel groot deel ethiek doordat het gaat over kwetsbaarheid en gedragsverandering (leefstijlaanpassingen). Daardoor heb ik heel veel geleerd over medisch ethische principes en hoe je autonome keuzevorming kunt bekrachtigen. Iets wat nu heel goed van pas komt op de verloskamers, waar informed consent en autonomie heel belangrijk is.

In januari start je als verloskundearts in opleiding (VAIO). Hoe ziet deze specialisatie eruit en wat houdt het werk van een verloskundearts precies in?
Het beroep verloskundearts is in 2013 in het leven geroepen. Gynaecologen in opleiding en basisartsen werken vaak een tijd op de verloskamers en gaan dan verder. Hun kennis en ervaring nemen ze mee in hun verdere loopbaan, maar verdwijnt (ten dele) op de verloskamers.
Als verloskundearts blijf je als eerste aanspreekpunt voor de patient op de werkvloer van de verloskamers. Daardoor blijft deze expertise aanwezig, wat ook weer gunstig is voor de opleiding van jonge dokters.

Hoe mijn opleiding tot verloskundearts eruit ziet, staat nog niet helemaal vast. Er zijn bepaalde stages zoals een stage op de neonatologie en de polikliniek, maar er is ook ruimte voor eigen invulling. Denk bijvoorbeeld aan hechtcursussen of trainingen voor stuitbevallingen. Daarnaast is er een stage in de eerste lijn, bij een verloskundigenpraktijk. Deze zal ik in het voorjaar lopen bij Verlosmoeder, een caseload verloskundige en goede vriendin van mij. Daar kijk ik ontzettend naar uit!

Ik weet absoluut zeker dat dit de juiste keuze is voor mij

Je droom was eerder om gynaecoloog te worden. Wat heeft je doen besluiten toch verloskunde-arts te worden?
Eind 2016 ben ik afgestudeerd en heb ik twee jaar gewerkt als basisarts (ANIOS) gynaecologie. Hierna ben ik promotieonderzoek gaan doen om aan mijn cv te werken.

Toen ik in 2022 naar een opleidingsplek gynaecologie solliciteerde, werd ik niet aangenomen, en tot mijn verbazing merkte ik dat ik dat niet zo erg vond.

De opleiding gynaecologie duurt 6 jaar en daarna kan het nog best lastig zijn om een baan te vinden. Zou ik het zien zitten om bijvoorbeeld met mijn hele gezin te verhuizen?

Ik twijfelde en besloot opnieuw als ANIOS te gaan werken om mijzelf tijd te gunnen om een keuze te maken. Eenmaal terug op de verloskamers wist ik zeker dat dít was wat ik wilde; dicht bij ‘mijn’ patiënten staan en bevallingen mogen begeleiden, niet alleen wanneer het hoog-risico is of er iets mis dreigt te gaan.

Ik moest wel even slikken bij het idee dat ik geen medisch specialist zou worden, maar dat speelt nu helemaal geen rol meer. Ik koos voor dit vak waarin ik mij gelukkig voel en ruimte heb voor mijn gezin en mijzelf. Ik heb nog geen moment spijt gehad. Sterker nog; ik weet absoluut zeker dat dit de juiste keuze is voor mij. 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *